FORD.
FERRARI.

GOODYEAR.

Het opmerkelijke verhaal van Le Mans 66

FORD.
FERRARI.

GOODYEAR.

Het opmerkelijke verhaal van Le Mans 66

Toen Bruce McLaren en Chris Amon in de 24 uur van Le Mans van 1966 naar de overwinning reden, was Ford niet het enige Amerikaanse bedrijf dat wereldwijd furore maakte. De beroemde zwarte GT40 Mark II begon de race op rubber van Firestone, de grote rivaal van het bedrijf in de zogenaamde bandenoorlog, maar reed op Goodyear-banden over de finish.  

DE GEBOORTE VAN EEN DROOM

1959–1964


In 1959 viel alles op zijn plaats bij Fords spectaculaire zege op Ferrari. 

Toen een hartaandoening de rijcarrière van de voormalige Le Mans-winnaar Carroll Shelby vroegtijdig tot een einde bracht, richtte hij zijn aandacht op het krijgen van de distributierechten voor Goodyear-racebanden in de westerse staten. 

Het zou het begin zijn van een succesvol racepartnerschap dat het Amerikaanse team van Shelby op het internationale toneel heeft gedreven en heeft geleid tot de ontwikkeling van de iconische Cobra en Shelby Mustang.

In 1963, toen de onderhandelingen om Ferrari te kopen op een mislukking uitliepen, zette Ford zijn zinnen op de racebaan om daar de Italianen te verslaan. Om het Racing-programma van Ford te versnellen kreeg Ford hulp van een zorgvuldig uitgekozen team van ontwerpers, waaronder Carrol Shelby. 



Het was de raceachtergrond van Shelby die Goodyear ertoe heeft gebracht de oprichting van de eerste door Peter Brock ontworpen Daytona Coupe in Cobra te financieren. Deze gestroomlijnde racewagen, met zijn baanbrekende aerodynamica, deed wat voor onmogelijk werd gehouden en versloeg de Ferrari 250 GTO's voor een overwinning in de GT-klasse en werd vierde algemeen tijdens de 24 uur van Le Mans in 1964. Maar het beste moest nog komen.   

Nu Shelby eindelijk de touwtjes in handen had van Fords GT40-programma, kwam de iconische auto al snel in een stroomversnelling. Het zou echter een ongelukkige start zijn. In 1964 eindigde geen van de veelgeprezen nieuwe Fords Le Mans, of een andere race. 

Shelby merkte echter trots op dat ze erin waren geslaagd om Enzo Ferrari angst in te boezemen doordat de beroemde Mulsanne Straight 218 km/u aantikte. 

1965 was een soortgelijk verhaal, waarbij Ferrari opnieuw het podium van Le Mans bezette en geen enkele GT40 de finish over ging. 1965 was ook het jaar waarin het North American Racing Team (NART) met zijn Ferrari 250 LM, die werd gereden door Masten Gregory en Jochen Rindt, Goodyear de eerste Le Mans-zege ooit bezorgde. 

DE GEBOORTE VAN EEN DROOM 

1959–1964


In 1959 viel alles op zijn plaats bij Fords spectaculaire zege op Ferrari. 

Toen een hartaandoening de rijcarrière van de voormalige Le Mans-winnaar Carroll Shelby vroegtijdig tot een einde bracht, richtte hij zijn aandacht op het krijgen van de distributierechten voor Goodyear-racebanden in de westerse staten. 

Het zou het begin zijn van een succesvol racepartnerschap dat het Amerikaanse team van Shelby op het internationale toneel heeft gedreven en heeft geleid tot de ontwikkeling van de iconische Cobra en Shelby Mustang.

In 1963, toen de onderhandelingen om Ferrari te kopen op een mislukking uitliepen, zette Ford zijn zinnen op de racebaan om daar de Italianen te verslaan. Om het Racing-programma van Ford te versnellen kreeg Ford hulp van een zorgvuldig uitgekozen team van ontwerpers, waaronder Carrol Shelby. 


Het was de raceachtergrond van Shelby die Goodyear ertoe heeft gebracht de oprichting van de eerste door Peter Brock ontworpen Daytona Coupe in Cobra te financieren. Deze gestroomlijnde racewagen, met zijn baanbrekende aerodynamica, deed wat voor onmogelijk werd gehouden en versloeg de Ferrari 250 GTO's voor een overwinning in de GT-klasse en werd vierde algemeen tijdens de 24 uur van Le Mans in 1964. Maar het beste moest nog komen.   

Nu Shelby eindelijk de touwtjes in handen had van Fords GT40-programma, kwam de iconische auto al snel in een stroomversnelling. Het zou echter een ongelukkige start zijn. In 1964 eindigde geen van de veelgeprezen nieuwe Fords Le Mans, of een andere race. 

Shelby merkte echter trots op dat ze erin waren geslaagd om Enzo Ferrari angst in te boezemen doordat de beroemde Mulsanne Straight 218 km/u aantikte. 

1965 was een soortgelijk verhaal, waarbij Ferrari opnieuw het podium van Le Mans bezette en geen enkele GT40 de finish over ging. 1965 was ook het jaar waarin het North American Racing Team (NART) met zijn Ferrari 250 LM, die werd gereden door Masten Gregory en Jochen Rindt, Goodyear de eerste Le Mans-zege ooit bezorgde. 

1966

EEN REVOLUTIE IN LE MANS


Toen Le Mans dichterbij kwam, was Ferrari nog steeds de duidelijke favoriet. Ford was echter vastbesloten indruk te maken door acht van de 7-liter GT40 Mark II's aan de race mee te laten doen.  

Opmerkelijk is dat ondanks de relatie van Shelby met Goodyear er niet op elke auto Wingfoot-banden werden gemonteerd. In die periode werden bandencontracten vaak met individuele coureurs overeengekomen in plaats van met het hele team. En Bruce McLaren en Chris Amon, de coureurs van de zwarte auto met startnummer 2, hadden beiden een contract met Firestone.  

Om 16:00 uur begon de race onder natte omstandigheden en het werd al snel duidelijk dat de Goodyear-banden hiervoor beter geschikt waren dan de Firestones. Hoewel twee van de Shelby-auto's - de auto met nr. 1 van Ken Miles/Denny Hulme en die met nr. 3 van Dan Gurney/Jerry Grant - geen problemen hadden met hun Goodyear-banden, ontdekte McLaren dat hij stukken loopvlak verloor op de Mulsanne bij meer dan 335 km/u. 

 

Toen McLaren om 17:33 uur in de pits kwam en het stuur overdroeg aan Amon, zocht hij meteen de Firestone-vertegenwoordiger om te onderhandelen over een overstap naar Goodyear. 

Deze berekende zet, droeg bij aan een verschil dat pas zou worden weggevaagd toen Miles in de nummer 1 vertraagde om McLaren te laten bijkomen voor een controversiële finish. 

De vertraging leidde ook tot de beroemde strijdkreet van McLaren: "Ga als een dolle!", toen Amon zich voorbereidde om de pits te verlaten. Met Ford en Ferrari in een nek-aan-nekrace, ging het uiteindelijk tussen Miles' GT40 en de Ferrari 330P3 op de Mulsanne.


Toen de Ferrari moeite had om de snelheid op het rechte stuk van de GT40 te evenaren, ontplofte de motor van Bandini. En de rest is autogeschiedenis. 

De volgende dag om 16:00 uur, stonden de overlevende Fords #2, #1 en #5 in de rij voor een georganiseerde finish. 

De controversiële, in scène gezette 'close finish' tussen de twee Shelby-wagens wordt tot op de dag van vandaag bediscussieerd, maar in de geschiedenisboeken staat dat McLaren en Amon de winst hebben gekregen omdat ze een lagere startpositie hadden en dus meer afstand hebben afgelegd in dezelfde tijd.  

Zonder de vroege overstap naar Goodyear geloven velen dat ze kansloos waren geweest. 

1966

EEN REVOLUTIE IN LE MANS


Toen Le Mans dichterbij kwam, was Ferrari nog steeds de duidelijke favoriet. Ford was echter vastbesloten indruk te maken door acht van de 7-liter GT40 Mark II's aan de race mee te laten doen.  

Opmerkelijk is dat ondanks de relatie van Shelby met Goodyear er niet op elke auto Wingfoot-banden werden gemonteerd. In die periode werden bandencontracten vaak met individuele coureurs overeengekomen in plaats van met het hele team. En Bruce McLaren en Chris Amon, de coureurs van de zwarte auto met startnummer 2, hadden beiden een contract met Firestone.  

Om 16:00 uur begon de race onder natte omstandigheden en het werd al snel duidelijk dat de Goodyear-banden hiervoor beter geschikt waren dan de Firestones. Hoewel twee van de Shelby-auto's - de auto met nr. 1 van Ken Miles/Denny Hulme en die met nr. 3 van Dan Gurney/Jerry Grant - geen problemen hadden met hun Goodyear-banden, ontdekte McLaren dat hij stukken loopvlak verloor op de Mulsanne bij meer dan 335 km/u. 

 

Toen McLaren om 17:33 uur in de pits kwam en het stuur overdroeg aan Amon, zocht hij meteen de Firestone-vertegenwoordiger om te onderhandelen over een overstap naar Goodyear. 

Deze berekende zet, droeg bij aan een verschil dat pas zou worden weggevaagd toen Miles in de nummer 1 vertraagde om McLaren te laten bijkomen voor een controversiële finish. 

De vertraging leidde ook tot de beroemde strijdkreet van McLaren: "Ga als een dolle!", toen Amon zich voorbereidde om de pits te verlaten. Met Ford en Ferrari in een nek-aan-nekrace, ging het uiteindelijk tussen Miles' GT40 en de Ferrari 330P3 op de Mulsanne.


Toen de Ferrari moeite had om de snelheid op het rechte stuk van de GT40 te evenaren, ontplofte de motor van Bandini. En de rest is autogeschiedenis. 

De volgende dag om 16:00 uur, stonden de overlevende Fords #2, #1 en #5 in de rij voor een georganiseerde finish. 

De controversiële, in scène gezette 'close finish' tussen de twee Shelby-wagens wordt tot op de dag van vandaag bediscussieerd, maar in de geschiedenisboeken staat dat McLaren en Amon de winst hebben gekregen omdat ze een lagere startpositie hadden en dus meer afstand hebben afgelegd in dezelfde tijd.  

Zonder de vroege overstap naar Goodyear geloven velen dat ze kansloos waren geweest. 

1967 – ONWARDS

EEN RACE-ERFENIS

KOMT OP GANG

Shelby, Ford en Goodyear keerden in 1967 terug naar Le Mans voor een tweede opeenvolgende overwinning met de Mark IV (en de derde van Goodyear). In de daaropvolgende jaren zou Goodyear in de 24 uur van Le Mans in totaal 14 overwinningen behalen.  

De afgelopen jaren heeft Goodyear een nieuwe serie banden ontwikkeld voor het FIA World Endurance Championship (WEC), waaronder de 24 uur van Le Mans. 

In september 2020 hielp Goodyear ook het Britse team JOTA en het Franse Panis Racing om een podiumplek te krijgen in de LMP2-categorie.    

1967 – ONWARDS

EEN RACE-ERFENIS

KOMT OP GANG

Shelby, Ford en Goodyear keerden in 1967 terug naar Le Mans voor een tweede opeenvolgende overwinning met de Mark IV (en de derde van Goodyear). In de daaropvolgende jaren zou Goodyear in de 24 uur van Le Mans in totaal 14 overwinningen behalen.  

De afgelopen jaren heeft Goodyear een nieuwe serie banden ontwikkeld voor het FIA World Endurance Championship (WEC), waaronder de 24 uur van Le Mans. 

In september 2020 hielp Goodyear ook het Britse team JOTA en het Franse Panis Racing om een podiumplek te krijgen in de LMP2-categorie.